De Wilde Eend - Henrik Ibsen
-
vr 4 apr ’0320:15
De leugen als een
fluwelen doosje
Kester Freriks
De bovenste verdieping van een vervallen huis is benauwend en verstikkend. Er woont een irregulier gezelschap. Een aan lager wal geraakte luitenant die een wonderlijke menagerie van kippen, konijnen, duiven en een wilde eend op de zolder houdt. Hij sleept er dode dennenbomen heen. Daar gaat hij op jacht. Ooit schoot hij ruig wild in de noordelijke bossen. Zijn zoon, een dikbuikige charlatan-fotograaf, verblijft er met zijn vrouw en dochtertje. Alle personages staan onder de machtige invloed van een mijningenieur, die het kwaad vertegenwoordigt. Hij is een boze aartsvader, wiens zoon zich ontpopt tot een wereldvreemde, half-krankzinnige waarheidsapostel. Hij sticht onheil en dood in het gezin van de fotograaf. Zijn hoge missie ontaardt in laaghartig verraad.
Het naturalistische noodlotsdrama De Wilde Eend (1884) van Henrik Ibsen is geladen met symboliek. Halverwege komt de gruwelijke onthulling: misschien is de veertienjarige dochter Hedvig niet eens van haar vader, maar de nakroost van de mijningenieur. Wanneer deze waarheid tot haar doordringt, identificeert zij zich met de arme, vleugellamme wilde eend op zolder. In de regie van Gerardjan Rijnders bij Toneelgroep Amsterdam is De Wilde Eend een briljante voorstelling, waarin symboliek en tragedie, spitse dialoog en diepere betekenis op ongeëvenaarde wijze met elkaar zijn verweven. De kerngedachte is de vraag naar oprechtheid: hoeveel waarheid over zijn leven kan de mens verdragen, of leeft hij liever in de geruststellende leugen? De waarheid is altijd te gruwelijk.
Onder de hoog opgaande planken van de zoldering plaatst ontwerper Paul Gallis een kleine woonkamer. In die nauw bemeten ruimte zijn de bewoners zo op elkaar betrokken, dat ze geen kant op kunnen. De rol van waarheidsjager en onheilsprofeet Gregers Werle vertolkt Pierre Bokma in schitterende stijl, op het angstaanjagende en lugubere af. Hij gaat in het zwart gestoken, heeft glad opzij gekamd haar en beweegt zich snel en slinks. Telkens als hij opkomt, schrikken de andere personages. Alles raakt meer en meer behekst. Werle heeft het vooral op de fotograaf gemunt, gespeeld door Hajo Bruins. Zijn uitdossing met woest haar (hij lijkt op de oude Ibsen) en log lichaam heeft iets grotesks, dat prachtig past bij de kartonnen oppervlakkigheid van zijn rol. Marieke Heebink is de onvermoeibare spil van het huishouden. Met zuivere, treffende gebaren toont zij de wanhoop van de stille armoede. Wanneer haar man de vroegere relatie tussen haar en de mijningenieur onthult, opgehitst als hij is door Bokma, reageert zij daarop met ijzige hoofdknikjes. Schuldbesef en trots uitgedrukt in een enkele handeling.
Het knappe van Rijnders` regie met deze spelers is het onverbiddelijke tempo en de scherpe, meteen op de kern toegesneden enscenering. Het stuk is in Rijnders` bewerking gecomprimeerd. De nietsontziende, confronterende kracht waarmee Bokma als Gregers de waarheid onthult, sleurt iedereen mee in de ondergang. Vergeleken met de werkelijkheid is de leugen een zacht, fluwelen doosje waarin het goed toeven is. Met een daverende knal pleegt Hedvig (Gunilla Verbeke) zelfmoord. De wilde eend op zolder is dood.